Wie is verantwoordelijk voor het oplossen van netcongestie?

De verantwoordelijkheid voor het oplossen van netcongestie ligt primair bij de netbeheerders zoals Liander, Stedin en Enexis. Zij beheren het fysieke elektriciteitsnet en zijn wettelijk verplicht te investeren in netuitbreiding wanneer de capaciteit ontoereikend is. De overheid stelt het regelgevend kader vast en de Autoriteit Consument en Markt (ACM) houdt toezicht op de investeringsbeslissingen en tarieven van netbeheerders.

Wat is netcongestie en waarom vormt het een probleem voor snellaadinfrastructuur?

Netcongestie ontstaat wanneer de vraag naar elektriciteit op een bepaalde locatie de beschikbare capaciteit van het elektriciteitsnet overstijgt. Voor snellaadinfrastructuur is dit een acuut probleem omdat snelladers met hoog vermogen (vanaf 50 kW tot 350 kW) een aanzienlijke belasting op het net leggen, vergelijkbaar met meerdere huishoudens tegelijk.

Het bestaande elektriciteitsnet is oorspronkelijk ontworpen voor een relatief gelijkmatige stroomverdeling naar huishoudens en bedrijven. De explosieve groei van elektrisch rijden zorgt voor piekvragen die het net niet aankan. Wanneer meerdere elektrische voertuigen tegelijk snelladen op een locatie, kan de lokale netcapaciteit volledig verzadigd raken.

Voor exploitanten van snellaadinfrastructuur op bestemmingslocaties zoals winkelcentra, supermarkten en sportaccommodaties betekent netcongestie vaak een volledige blokkade. Zonder voldoende netcapaciteit kunnen zij geen snelladers installeren, waardoor zij kansen mislopen om bezoekers met elektrische voertuigen te bedienen. De groeiende vraag naar laadmogelijkheden staat hierdoor lijnrecht tegenover de beperkte beschikbaarheid van netcapaciteit.

Wie is er verantwoordelijk voor het uitbreiden van de netcapaciteit?

De netbeheerders dragen de hoofdverantwoordelijkheid voor het uitbreiden van de netcapaciteit. In Nederland zijn dit regionale monopolisten zoals Liander, Stedin, Enexis, Coteq en Westland Infra. Zij beheren het fysieke elektriciteitsnet en zijn wettelijk verplicht om te zorgen voor voldoende transportcapaciteit voor alle aangesloten partijen.

De overheid speelt een sturende rol door regelgeving vast te stellen en investeringskaders te bepalen. Het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat stelt de Elektriciteitswet op, waarin de taken en verplichtingen van netbeheerders zijn vastgelegd. De Autoriteit Consument en Markt (ACM) houdt toezicht op de netbeheerders en controleert of zij hun wettelijke verplichtingen nakomen en redelijke tarieven hanteren.

In de praktijk werkt deze verantwoordelijkheidsverdeling als volgt: wanneer een partij een zware netaansluiting aanvraagt voor snellaadinfrastructuur, beoordeelt de netbeheerder of het lokale net voldoende capaciteit heeft. Bij onvoldoende capaciteit moet de netbeheerder investeren in verzwaring van het net, maar deze investeringen worden gepland op basis van prioritering, beschikbare middelen en verwachte toekomstige vraag.

Netbeheerders hanteren wachttijden omdat netuitbreiding complexe infrastructuurprojecten betreft. Zij moeten investeringsbeslissingen zorgvuldig afwegen, vergunningen verkrijgen, materialen inkopen en civiele werken uitvoeren. Bovendien worden investeringen gespreid over meerdere jaren om de kosten beheersbaar te houden voor alle netgebruikers, die uiteindelijk via de netwerktarieven voor deze uitbreidingen betalen.

Hoe lang duurt het voordat netcongestie wordt opgelost?

De doorlooptijd voor het oplossen van netcongestie varieert sterk, van enkele maanden tot meerdere jaren. In gebieden met beperkte congestie en relatief eenvoudige oplossingen kan verzwaring binnen zes tot twaalf maanden gerealiseerd worden. In zwaar belaste gebieden met complexe infrastructuuruitdagingen lopen wachttijden op tot drie tot vijf jaar of langer.

Verschillende factoren beïnvloeden deze duur. De complexiteit van de netuitbreiding speelt een grote rol: het plaatsen van een extra transformator is eenvoudiger dan het aanleggen van nieuwe hoogspanningskabels over lange afstanden. Vergunningsprocedures kunnen aanzienlijke vertragingen veroorzaken, vooral wanneer graafwerkzaamheden door beschermde gebieden of drukke stedelijke omgevingen nodig zijn.

De beschikbaarheid van materialen en personeel vormt een toenemende uitdaging. Door de wereldwijde energietransitie is er grote vraag naar transformatoren, kabels en geschoold personeel. Netbeheerders moeten concurreren om deze schaarse middelen, wat levertijden verlengt.

Voor partijen die snellaadinfrastructuur willen realiseren creëert deze onzekerheid grote problemen. Zij kunnen hun investeringsbeslissingen niet baseren op concrete planning, waardoor projecten vastlopen of zelfs worden geannuleerd. Wanneer concurrenten op nabijgelegen locaties eerder toegang tot netcapaciteit krijgen, ontstaat een concurrentienadeel dat moeilijk in te halen is.

Wat zijn de kosten voor het verzwaren van een netaansluiting?

De kosten voor het verzwaren van een netaansluiting worden grotendeels gedragen door de aanvrager, in dit geval de partij die snellaadinfrastructuur wil realiseren. Deze investeringen kunnen aanzienlijk oplopen, afhankelijk van de benodigde capaciteitsuitbreiding en de afstand tot het bestaande hoogspanningsnet.

Verschillende kostenfactoren bepalen het totaalbedrag. Transformatorstations vormen vaak de grootste kostenpost: bij onvoldoende capaciteit moet een nieuw transformatorstation worden gebouwd of een bestaand station worden uitgebreid. De aanleg van kabels hangt af van de afstand tussen het dichtstbijzijnde hoogspanningspunt en de gewenste locatie. In stedelijke gebieden met ondergrondse infrastructuur zijn de aanlegkosten hoger dan in landelijke gebieden.

Civiele werken zoals graafwerkzaamheden, het herstellen van bestrating en het verkrijgen van vergunningen drijven de kosten verder op. Wanneer kabels onder wegen, spoorlijnen of waterwegen moeten worden gelegd, stijgen de complexiteit en daarmee de kosten exponentieel.

Deze financiële barrière vormt voor veel potentiële exploitanten van snellaadinfrastructuur een onoverkomelijk obstakel. De business case voor snelladen wordt hierdoor onhaalbaar, vooral op locaties waar de terugverdientijd al onzeker is door onbekende bezettingsgraden. Veel veelbelovende projecten stranden in deze fase, waardoor de uitrol van snellaadinfrastructuur op bestemmingslocaties vertraging oploopt.

Welke alternatieve oplossingen bestaan er voor snelladen bij netcongestie?

Gelukkig bestaan er innovatieve technologieën die snelladen mogelijk maken zonder zware belasting van het elektriciteitsnet. Accu-buffersystemen bieden de meest veelbelovende oplossing: deze systemen laden langzaam op vanuit het bestaande net en slaan energie op in batterijen, waarna ze elektrische voertuigen snel kunnen laden zonder piekbelasting op het net.

De ChargeBox van ADS-TEC Energy is een goed voorbeeld van zo’n batterijgebaseerd snellaadsysteem. Dit compacte systeem kan worden aangesloten op een standaard netaansluiting met beperkt vermogen en biedt toch ultrasnelladen tot 320 kW. De ingebouwde batterijen fungeren als buffer, waardoor het systeem voertuigen met hoog vermogen kan laden terwijl het net slechts geleidelijk wordt belast.

Smart Charging technologie biedt een aanvullende oplossing door het beschikbare laadvermogen intelligent te verdelen over aangesloten voertuigen. Het systeem analyseert de beschikbare netcapaciteit in real-time en past de laadsnelheid van individuele voertuigen dynamisch aan. Hierdoor kunnen meerdere voertuigen tegelijk laden zonder dat de maximale netcapaciteit wordt overschreden.

Deze alternatieven bieden concrete voordelen voor locaties met beperkte netcapaciteit. De investeringskosten zijn aanzienlijk lager dan netuitbreiding, de realisatietijd bedraagt weken in plaats van jaren, en er is geen afhankelijkheid van netbeheerders en hun planning. Voor exploitanten betekent dit dat zij direct kunnen inspelen op de vraag naar snelladen zonder jarenlange wachttijden.

De business case voor snellaadinfrastructuur verbetert hierdoor aanzienlijk. Locatie-eigenaren kunnen hun terrein aantrekkelijker maken voor bezoekers met elektrische voertuigen zonder prohibitieve investeringen in netuitbreiding. Wij bieden complete laadoplossingen voor netcongestie die deze technologieën combineren met volledige ontzorging, van advies en financiering tot realisatie en exploitatie op bestemmingslocaties door heel Nederland.

Veelgestelde vragen

Kan ik als locatie-eigenaar zelf bepalen welke netbeheerder mijn netaansluiting verzorgt?

Nee, netbeheerders zijn regionale monopolisten en u kunt niet kiezen tussen verschillende aanbieders. Uw locatie valt automatisch onder één specifieke netbeheerder (zoals Liander, Stedin of Enexis) op basis van het geografische gebied. Dit betekent dat u afhankelijk bent van de planning, tarieven en dienstverlening van deze specifieke netbeheerder, zonder mogelijkheid om naar een concurrent over te stappen.

Wat gebeurt er als ik een snellaadstation installeer zonder voldoende netcapaciteit?

Het is niet toegestaan om een snellaadstation te installeren dat de beschikbare netcapaciteit overschrijdt. De netbeheerder moet vooraf toestemming geven voor de aansluiting en zal deze weigeren bij onvoldoende capaciteit. Als u toch zou proberen een te zwaar systeem aan te sluiten, kan dit leiden tot netuitval, boetes en aansprakelijkheid voor schade. Daarom is het essentieel om eerst een aansluitaanvraag in te dienen en de capaciteit te laten beoordelen.

Hoe weet ik of mijn locatie te maken heeft met netcongestie voordat ik investeer?

U kunt dit controleren door een aansluitaanvraag of capaciteitscheck in te dienen bij uw regionale netbeheerder. Zij beoordelen dan de beschikbare netcapaciteit op uw specifieke locatie en geven aan of direct aansluiten mogelijk is of dat er wachttijden zijn. Veel netbeheerders bieden ook online congestiekaarten waarop knelpuntgebieden zichtbaar zijn. Het is verstandig deze check uit te voeren in een vroeg stadium van uw planvorming.

Zijn accu-buffersystemen zoals de ChargeBox geschikt voor alle soorten locaties?

Accu-buffersystemen zijn bijzonder geschikt voor bestemmingslocaties zoals winkelcentra, supermarkten, restaurants en sportaccommodaties waar bezoekers gemiddeld 30-60 minuten verblijven. Ze zijn minder geschikt voor snelweglocaties waar continu zeer hoge doorstroming vereist is. De batterijcapaciteit moet worden afgestemd op het verwachte aantal laadsessies per dag en de beschikbare netaansluiting, dus een goede dimensionering op basis van uw specifieke situatie is cruciaal.

Wie betaalt uiteindelijk voor de netuitbreidingen die netbeheerders uitvoeren?

De kosten voor netuitbreidingen worden op twee manieren gedragen. Ten eerste betaalt de aanvrager (degene die de zware aansluiting nodig heeft) vaak een substantieel deel van de directe aansluitkosten. Ten tweede worden structurele netinvesteringen door netbeheerders verrekend in de netwerktarieven die alle aangesloten partijen betalen via hun energierekening. Dit betekent dat de energietransitie en uitrol van laadinfrastructuur indirect door alle netgebruikers wordt meegefinancierd.

Kan ik subsidie krijgen voor het aanleggen van snellaadinfrastructuur op mijn locatie?

Ja, er zijn verschillende subsidieregelingen beschikbaar, hoewel deze regelmatig wijzigen. De DKTI-regeling (Demonstratie Klimaattechnologie en -innovatie) en soms provinciale regelingen kunnen financiële ondersteuning bieden voor innovatieve laadoplossingen. Ook voor accu-buffersystemen zijn soms specifieke subsidiemogelijkheden beschikbaar. Het is raadzaam om bij RVO.nl de actuele regelingen te checken of een gespecialiseerde partner in te schakelen die u kan adviseren over beschikbare subsidies en de aanvraagprocedure.

Wat zijn de onderhoudskosten van een accu-buffersysteem vergeleken met een reguliere netaansluiting?

Accu-buffersystemen hebben hogere onderhoudskosten dan een reguliere netaansluiting vanwege de batterijen, die na 8-12 jaar vervangen moeten worden afhankelijk van gebruik en technologie. Daarnaast is er periodiek onderhoud nodig aan de elektronica en koelsystemen. Echter, deze kosten wegen vaak op tegen de aanzienlijk lagere initiële investeringskosten en de mogelijkheid om direct te starten zonder jarenlange wachttijden. Bij full-service exploitatiemodellen worden deze onderhoudskosten vaak in het totaalpakket opgenomen.